Merk | Intergard |
---|---|
EAN | 8720701650947 |
Voorraad | in stock |
Onze top merken | Tuinafscheiding > Schuttingen > Betonschuttingen |
Aluminium profiel U-profiel voor betonschutting kopen bij Intergard?Aluminium profiel U-profiel voor betonschutting, geschikt om te starten of te eindigen op een bestaande muur. Zowel voor enkelzijdig... Lees meer
€ 66,11 ** Klik voor meer informatie **Zo plaats je jouw betonschutting
Stabilisatieverwerking
Stabilisatie is nodig om de palen vast te zetten in de grond:
1. Voor elke beginpaal of hoekpaal (90° om) werk je best met 3 zakken snelbeton (chemische samenstelling van verschillende producten), aangezien deze palen extra stabiliteit kunnen gebruiken.
2. Voor de tussenpalen kan je eventueel gebroken beton gebruiken, verkrijgbaar in zakken van 25 kg bij Intergard: vermeng 50 kg van dit ecologische en 100% gerecycleerde beton met 8 à 10 kg cement tot een homogeen mengsel. Deze oplossing is 3 tot 4 goedkoper dan snelbeton en meer dan sterk genoeg om onze betonpalen te verankeren.
Hoogtebepaling
3. Zet de eerste paal op de gewenste plaats in de grond met de juiste afsluithoogte. Kip vervolgens de stabilisatie in het gat rond de paal. Fixeer de paal door goed aan te dammen, bv. met een houten stamper.
4. Plaats op het einde van de afsluitingsmuur een profiel (= houten rechte balk) loodrecht op de grond en zet het vast met een schoorsteunplank.
5. Trek met een potlood een streepje op de eerste paal op een hoogte van 40 cm (gemeten vanuit de onderkant van de gleuf).
6. Haal met een waterpasdarm of lazer deze hoogte over op het profiel. Bevestig een eerste koord ter hoogte van het afgetekend streepje. Zo plaats je - snel en correct - elke onderste plaat op dezelfde hoogte. Tip Meet voor de verdere plaatsing over de hele lengte onder de eerste koord. Controleer zo of de onderkant van de eerste plaat overal minstens enkele centimeters in de grond zit (zeker niet boven de grondslag). Plaats indien nodig de eerste koord hoger of lager.
TipMeet voor de verdere plaatsing over de hele lengte onder de eerste koord.Controleer zo of de onderkant van de eerste plaat overal minstens enkelecentimeters in de grond zit (zeker niet boven de grondslag). Plaats indien nodigde eerste koord hoger of lager. Vervolg van de plaatsing1. Nu de onderste koord op de juiste hoogte gespannen is, bevestigje een tweede koord op de paal + profiel. Doe dit op een hoogtegelijk aan een veelvoud van 40 cm, bv. 1,60 m of 2,00 m hoogte.2. De tweede koord heeft als doel om de palen op de juiste hoogte teplaatsen, maar ook om zijdelings de palen op een rechte lijn vastte zetten in de grond. Controleer met deze tweede koord ook of deplaten op een rechte lijn staan.3. Graaf op 2 meter vanuit de gleuf van de vorige paal een gat voorde volgende paal. De diepte van het gat kan direct bepaald wordenmet de onderste koord.Bv. 95 cm gleufpalen = 40 cm gleuf + 55 cm voetTipBij zeer zachte ondergrond leg je best een steen of stuk klinker onderde paal. Zo voorkom je dat deze wegzakt tijdens de plaatsing.4. Plaats vervolgens op ± 30 cm & 1,70 m - gemeten vanuit de gleufrichting de volgende paal - een tegel/klinker zeer stevig op ± 38 cmonder de onderste koord. Deze tegel zorgt ervoor dat de platen dieje op elkaar plaatst niet in de grond wegzakken. Nu kunnende platen op elkaar geplaatst worden.5. Na de plaatsing van 3 - 4 platen op elkaar, plaats je devolgende paal schuin in het gat. Duw hem vervolgens tegende platen aan. Richt deze paal langs de zijkantenmet de 2 koorden en plaats hem op de juiste hoogte met debovenste koord. 6. Herhaal handelingen 3 en 4 tot op het eind van de afsluiting.TipHang de bovenste koord op ooghoogte in een veelvoud van 40cm(= hoogte eerste plaat). Trek op elke zijkant van de paal een potloodstreepop dezelfde hoogte als die van de bovenste koord. Zo zet je bij plaatsingelke paal op dezelfde hoogte. Zet pas daarna de paal vast met stabilisatie:vul tot de onderkant van de onderste plaat op met stabilisatie.7. Als de muur 3 à 4 platen hoog geplaatst is, schuif je devolgende platen (indien deze er zijn) langs de bovenzijdevan de paal in met behulp van een stelling. OPGELET!Verwijder indien nodig de braam van de platen meteen schup of slijpschijf.Hoogteverschillen wegwerken8. Wanneer het terrein niet waterpas ligt, kan de muur inverschillende hoogten (trapsgewijs) worden geplaatst. Ditniveauverschil creëer je door aan één zijde van de ondersteplaat de hoogte van de trap (bv. 10 cm) uit te slijpen overeen breedte van 4 cm. Zo zakt de plaat 10 cm dieper danhet voorgaande element.TipWerk best met niveauverschillen van 10 cm of veelvouden hiervan.9. Om een trap omhoog te maken slijp je - uit het voorgaandeelement en aan de zijde waar de verhoging moet gebeuren- de gewenste hoogte (bv. 10 cm) uit de onderste plaat. Zokan je de paal hoger zetten dan de voorgaande paal. Hetvolgende element staat dan automatisch hoger dan hetvoorgaande elementUitregelen van de platen (waar nodig)10. Als je nu horizontaal over de platen kijkt, kan het zijn dat deplaten niet mooi op één rechte lijn staan. Plaats in dat gevaleen hefboom (bv. houten brug op zijn hoge kant) onder eenelement. Zo kan je het geheel aan de zijkant omhoogduwen(zoveel als nodig is). Indien nodig kan je het element latenzakken: dat doe je door de steen naar beneden te kloppenwaarop de platen zijn geplaatst. Afwerking: opspieën en voegen 11. Om het geheel af te werken, spie je de platen op in de paal met demeegeleverde stelwiggen. Het opspieën gebeurt langs één zijde (metname de achterzijde).12. Voeg de platen op met voegmortel. Neem daarna de stelwiggen weg.Voeg de platen ook in dezelfde langsrichting (horizontaal) op metdezelfde voegmortel. Hobbels, bobbels en licht beschadigdeplaten/palen kunnen voorkomen. Met voegmortel kan je dezebeschadigingen altijd bijwerken. Na de afwerking en behandeling methars (zie volgende stap), zijn deze beschadigingen niet meer zichtbaar.Bij een motief aan één zijde (= enkelzijdig) is enkel de motiefkantbelangrijk. De achterzijde is ondergeschikt.Harsen13. Is alles uitgevoerd en de mortel voldoende uitgehard? Breng danna ± 4-5 weken de hars-/ vernislaag aan volgens de voorschriften.14. Zorg dat het betonmateriaal droog en stofvrij is als je hetbegint te harsen. Bij herspuiting, verwijder zeker eventuelemosaanslag. De ideale verwerkingstemperatuur is 18 °C(min. 12 °C): de platen mogen niet echt koud aanvoelen15. De hars is gebruiksklaar, je hoeft deze dus niet teverdunnen. Bewaar de hars wel vorstvrij en schud debussen voor gebruik goed en volledig op.16. Nu ben je klaar om de hars aan te brengen. Het besteresultaat krijg je met een elektrisch spuittoestel (verkrijgbaarbij Intergard) of met een compressor:• De spuittoestellen hebben best een spuitkop metdoorlaat van 2,5 mm.• Als je een compressor hanteert, gebruik je best nietteveel luchtdruk. Anders vernevel je teveel naast deplaten en heb je mogelijk te weinig product. Werken met een papborstel van ± 10cm breed en korte haren isook mogelijk. Schud in dat geval de bussen goed op en giet altijdde volledige bus leeg in een emmer. Dompel voldoende diep in hetproduct, anders ben je met schuim of lucht aan het werken. Brengde hars minimum in 2 lagen (en voldoende dik) aan en controleerop eventuele afdruipingen.